Door Jan Kuijpers
De Bonte Avonden vonden ook dit jaar weer plaats in De Kemmer. De opstelling van het podium was nu in de ‘breedte’. En aan de formule met alleen plaatselijke artiesten was geen afbreuk gedaan. Oirschots talent kreeg weer volop de kans om zich uit te leven in carnavaleske, humorvolle buuts en sketches. Met nu drie nieuwelingen in de ton. Beide avonden waren zo goed als uitverkocht. De organisatie daaromheen was weer, zoals het publiek gewend is, tot in de puntjes verzorgd. De echte carnavalsvierder, de liefhebber van buuts en kolderieke sketches, heeft zich weer prima op kunnen warmen voor het grote gebeuren dat over enkele dagen plaatsvindt.
De start van die avond was overdonderend met de complete slagwerkgroep van harmonie de Vriendschap uit Middelbeers. Gevolgd door de eerste tonprater: Debutant Noud van de Ven als Nillus de klachtenman van de gemeente Oirschot, die zich ergerde aan het langzame tempo van de ambtenaren. ‘Kende gullie ook iets vlug?’ ‘Ja, we zijn vlug moe’. Gevolgd door het optreden van een afvaardiging van de pas opgerichte carnavalsvereniging ‘Skôn Orre Gat’, die het prima in het gehoor liggende, Oirschotse carnavalslied presenteerde. De tweede debutant diende zich aan: Bart Kuijpers als Tim DeSmet. Als Belg vertelde hij zijn ervaringen van over de grens. Alle begin is moeilijk, en er is niets moeilijker om humor goed voor het voetlicht te brengen. En daar ontbrak het een beetje aan. Het muzikale intermezzo van Eigenwijs was van grote klasse. Dit orkest wist de hele avond de sfeer er goed in te brengen. En de smaakpolitie was ook aanwezig. Frans van Hersel als Perry Turbo keurde de Oirschotse restaurants. En ontdekte dat Patricia Paay bij ‘De Put’ een frietje had gegeten. Hij vroeg aan de man die de friet verkocht: “Wat heb je op die frites gedaan?” “Alles behalve Curry.” Daarna volgde nog de prijsuitreiking van de mooist gekostumeerde.
Na de pauze
Het tweede gedeelte begon met El Bordello. “Zeg vooral dat wij uit Spoordonk komen”, moest de spreekstalmeester aankondigen. Een rol, die voortreffelijk werd ingevuld door Wim Smits. Zij zongen al playbackend
sentimentele zeemansliederen, die ‘heen en weer’ met een bootje de Beerze overgingen. Het publiek zong die bekende liedjes volop mee. Daarna volgde Basixx. Een schitterende act van acht dames in het zwart gekleed, die in fluorescerend licht optraden, dat hun witte kleding – zoals handschoenen, hoedjes, maar ook bikini’s – een prachtig effect gaf. De volgende tonprater was Jordy van Uden, die als Taxi Tinus vooral veel nonnen vervoerde en daarmee van alles meemaakte. Wim Smits, Frans de Kruyf en Louis Franken traden als voorlaatsten op en hadden drie fantastische, korte sketches met ingenieuze vondsten. Maar het beste was toch wel voor het laatst bewaard. Ook weer een debutante. Marianne Buurs als bejaardenverzorgster anno 2040. Zij verzorgde bekende Oirschotse oudjes, die nu nog volop in het dagelijkse leven staan. Haar buut stond bol van
prachtige vondsten. Rond half twaalf was de finale, waarbij iedereen nog eens het podium opkwam om te genieten van een massaal applaus van een dankbaar publiek.
Het Oirschots carnavalslied
‘Wij gaan van kroeg naar kroeg.
Lekker dweilen met de hele ploeg.
Lekker zwieren over straat.
Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat.
Wij gaan van kroeg naar kroeg.
Lekker dweilen met de hele ploeg.
En wie mee wil die sluit maar aan,
Want wij gaan dweilen met open kraan’.
Reacties door lvdlaar